Justitiële documentatie als uitgangspunt
De basis van het beoordelingskader is vastgelegd in artikel 35 lid 1 Wet JSG, waarin wordt bepaald dat de afgifte van een verklaring omtrent het gedrag wordt geweigerd, indien in de justitiële documentatie met betrekking tot de aanvrager een strafbaar feit is vermeld, dat, indien herhaald, gelet op het risico voor de samenleving en de overige omstandigheden van het geval, aan het doel waarvoor de verklaring omtrent het gedrag wordt gevraagd, in de weg zal staan.
Het is wat moeilijk geformuleerd, maar hier staat eigenlijk niets anders dat de justitiële documentatie als uitgangspunt wordt genomen voor de beoordeling van de aanvraag voor een verklaring omtrent het gedrag. Beoordeeld wordt of de feiten die op de justitiële documentatie staan vermeld een risico vormen voor de samenleving gelet op het doel van de aanvraag. Het verweer dat die feiten in het verleden zijn gepleegd, en dat de kans op herhaling in de toekomst klein of nihil is, gaat hierbij niet op. Bij de beoordeling wordt uitgegaan van de fictie dat de feiten zich herhalen, waarbij vervolgens gekeken wordt of dit dat een gevaar voor de samenleving oplevert.
Indien de aanvraag betrekking heeft op een rechtspersoon wordt gekeken naar de strafbare feiten die op naam van de rechtspersoon en van ieder van de bestuurders, vennoten, maten of beheerders van die rechtspersoon staan alsmede de gegevens met betrekking tot strafbare feiten die als feitelijk leidinggever zijn gepleegd.
De verklaring omtrent het gedrag wordt in beginsel afgegeven wanneer de aanvrager binnen de van toepassing zijnde terugkijktermijn niet voorkomt in de justitiële documentatie, dan wel binnen de terugkijktermijn in de justitiële documentatie een justitieel gegeven wordt vermeld dat, geoordeeld naar de omstandigheden van het geval, onvoldoende zwaarwegend is om op grond daarvan de VOG niet te verstrekken.
In de beleidsregels VOG-NP- RP 2013 wordt dit beoordelingskader verder uitgewerkt. De aanvraag voor een verklaring omtrent het gedrag wordt in de praktijk getoetst aan de hand van een zogenaamd objectief en subjectief criterium.
< Terug naar Verklaring omtrent het gedrag